Meer positieve coronatesten, maar niet meer ic-opnames. Hoe kan dat?

De afgelopen weken neemt het aantal mensen met coronabesmettingen toe. Afgelopen week maakte het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) bekend dat er maar liefst 1329 nieuwe vastgestelde besmettingen zijn. De week daarvoor lag dit nog net onder de duizend met 987. Het aantal ziekenhuisopnames stijgt echter niet zo hard. Waarom niet?

Reproductiegetal

Dat er meer positieve uitslagen zijn, komt ook doordat er meer wordt getest. Daarom kijkt het RIVM niet alleen naar deze cijfers, maar ook naar het zogeheten reproductiegetal. Dit getal geeft aan hoeveel mensen iemand met corona gemiddeld besmet. Als dit getal boven de 1 zit, neemt het aantal toe. Nu staat dit getal op 1,4. Dat wil zeggen dat 100 coronapatiënten 140 andere mensen besmetten.

'Een zorgelijke toename', stelt het RIVM. Maar daar tegenover staat dat het aantal ziekenhuisopnames en opnames op de intensive care niet heel hard stijgt.

Er zijn verschillende verklaringen hiervoor zegt Sjaak de Gouw, directeur publieke gezondheid bij de GGD, tegen RTL Nieuws. Allereerst door een vertraging in de cijfers. "Positieve testen komen eerder dan ziekenhuisopnames. Mensen beginnen met milde klachten en komen na twee, drie weken in ziekenhuizen."

Breder testen

Wat nog belangrijker is, is dat we niet alleen meer testen maar ook breder. Zo werden eerst mensen met ernstige klachten of mensen uit kwetsbare groepen getest. Bij deze mensen is de kans relatief groot dat zij uiteindelijk in het ziekenhuis opgenomen worden. Nu is juist het aantal ziektegevallen bij mensen tussen de 20 en 50 jaar - een groep met vaak mildere klachten - gestegen.

Gezonde, jonge mensen kunnen wel oudere en kwetsbare mensen besmetten. Dit ziet De Gouw vooral in familiesituaties gebeuren. Daarom is het volgens hem toch belangrijk dat iedereen zich aan de maatregelen blijft houden. "De situatie blijft ernstig en onze waarschuwingen blijven van kracht."